blog

Levensgoeroe Loesje zei het al: ‘Waarom moeilijk doen als het samen kan?’. Als het gaat om het behangen van de slaapkamer of het versieren van de kerstboom is deze leus enorm van toepassing. Maar ook voor het onderwijs is ‘samen’ vaak makkelijker. Erover nadenkend komen allerlei gemengde gevoelens opborrelen over groepsopdrachten in mijn studietijd en de stilzwijgende allianties en vijandigheden die daar onlosmakelijk mee verbonden waren. Als je dan klaar bent met studeren en als hogeschooldocent aan de slag gaat kom je het gewoon weer tegen: samenwerking. Niet weg te denken uit hoger onderwijsland. Kruisbestuiving tussen hogeschool en werkveld, professionele leergemeenschappen, werkplaatsen, studenten en professionals die samen oplossingen ontwerpen voor praktijkproblemen… Samen kan soms heel ingewikkeld zijn. Maar wat werkt nu wel en wat niet? En wat kunnen wij als docenten eigenlijk doen om studenten zich senang te laten voelen bij die stortvloed aan samenheid? Vier pabo’s uit alle windstreken van Nederland hebben samen met de Open Universiteit het zwaard opgepakt om voor eens en voor altijd korte metten te maken met alle samenwerkingsfrustraties en netwerkleerblunders! Of nou ja, we gaan in ieder geval op jacht naar ‘dos’ en ‘don’ts’ voor netwerken waarin studenten, soms met leerkrachten en directeuren uit het werkveld, samen leren en werken. Dat netwerkleren pakken we allemaal verschillend aan: op Iselinge Hogeschool – een pabo in de Achterhoek – zijn studenten, docenten en leerkrachten misschien wel gewend aan het idee van ‘naoberschap’ en werken ze nauw samen in werkplaatsen. Wat betekent dit? Nou, gewoon, dat ze samen concreet aan de slag gaan met het oplossen van een praktijkprobleem dat de interesse heeft van alle leden van een netwerk. Voor de studenten is het ook fijn dat ze meteen hun minor met dit thema kunnen invullen. Op de Marnix Academie – zij zitten in het midden van het land – wordt in onderzoeksgroepen gewerkt vanuit het principe van onderzoekend innoveren. Innoveren aan de hand van onderzoek, waarbij een vraag vanuit de praktijk altijd het vertrekpunt is. Er wordt onderzoek gedaan in de eigen school of opleiding en het onderzoek is gericht op het verbeteren van de onderwijspraktijk. Het onderzoeksteam is een heterogeen team waarin studenten, docenten, leerkrachten en onderzoekers samen werken aan de onderzoeksvraag van de school of opleiding. Thomas More Hogeschool zit in Rotterdam; daar werken studenten tijdens hun minor Onderwijsinnovatie in een netwerk van onderzoekers, stagebegeleiders en opleiders van de hogeschool. Tijdens de minor werken de studenten aan een persoonlijk leertraject waarbij ze een product of onderzoek opleveren dat antwoord geeft op hun persoonlijke leervraag.

Tot slot is er Hogeschool iPabo in Amsterdam, waar studenten in student-netwerken leren en werken gedurende een groot deel van hun opleiding. Wie kan ons nu het beste vertellen hoe het écht is, dat netwerkleren op die hogeschool? Onze studenten natuurlijk! We doen dit ten slotte voor hen. En we hopen dat zij (en jullie) ons willen volgen op weg naar het ideale leernetwerk! 🙂 

Als je meer wilt weten over ons project, neem een kijkje op … of stuur een mail naar rosanne.hebing@iselinge.nl!